Ga naar de hoofdinhoud
Ga naar de hoofdinhoud
Logo

Leestijd 3 minuten - 2 juni 2025

Hoe haal je het beste uit 5 generaties werkenden?

Ruim 2500 jaar geleden klaagde de Griekse wijsgeer Plato al dat de jeugd slechte manieren had, geen respect voor ouderen had en liever praatte dan werkte. Generatieverschillen en -botsingen zijn van alle tijden. Toch lijkt dit onderwerp op dit moment meer besproken dan ooit op de werkvloer. Hoe komt dit? En vooral: hoe houden we het werkgeluk van alle generaties op peil?

Hoe haal je het beste uit 5 generaties werkenden?

Verschillende leeftijden, verschillende behoeften


Generatieverschillen bestáán – al is er binnen generaties nog zo’n grote variatie en kun je natuurlijk nooit iedereen over een kam scheren. Maar de sociale omstandigheden waarin mensen opgroeien en de historische gebeurtenissen uit hun jeugd zijn heel bepalend zijn voor de rest van hun leven. Hierdoor delen mensen die in een bepaalde periode zijngeboren vaak toch zo veel kenmerken dat je van een ‘generatie’ kunt spreken. En het bijzondere is dat er voor het eerst 5 generaties naast elkaar aan het werk zijn:

Verdeling generaties

Aan de ene kant werkt de oudere generatie langer door en aan de andere kant gaan jongeren eerder de arbeidsmarkt op. De tijd van eindeloos doorstuderen, is voorbij. En met die grote bandbreedte in leeftijden groeit ook de generatiekloof. Want elke generatie staat nét anders in het leven en in het werk. Dit kan soms botsen en wringen en tot onbegrip en zelfs frustratie leiden. Maar als het je als werkgever lukt om verschillende leeftijdsgroepen nader tot elkaar te brengen en kracht van elke generatie te benutten, kan het juist veel opleveren.

 

Kenmerken van generaties

 

Babyboomers groeiden op in de naoorlogse wederopbouwperiode en hebben enorme vernieuwingsinjecties aan de maatschappij gegeven. Het is de generatie van Baas in eigen buik, van Flower Power, van revoluties en de barricades opgaan. In hun idealisme staan ze dicht bij de jongste generatie. Met als wezenlijk verschil dat ze veel meer denken in hiërarchische structuren, top-down. Hun kracht in een organisatie is hun schat aan kennis en ervaring, hun uitdaging dat ze meer moeite hebben met de snelle technologische veranderingen. En veranderingen in het algemeen.

 

Generatie X is opgevoed door de stille generatie, de generatie vóór de babyboomers. Die opvoeding was autoritair: als vader sprak, hield jij je mond. Tegelijkertijd werden de gezinnen al kleiner, waardoor ze al iets gerichtere aandacht kregen. Wat zij heel sterk hebben meegekregen, is: hard werken, voor het collectief, samen de schouders eronder. Samen met de pragmaten zijn zij nu de senior medewerkers in organisaties, de beleidsmakers. Zij zijn loyaal, volhardend en plichtsgetrouw, harde werkers. Maar ze zijn ook behoudend en vinden het vaak lastig om samen te werken met jongeren die in hun ogen te kritisch zijn en denken dat ze alles al weten.

 

Pragmaten, ook wel bekend de sleutel- of patatgeneratie, zijn opgevoed door de babyboomers. Die lieten hen redelijk los, de sleutel lag onder de bloempot. Zij zijn dan ook autonoom en ook wel opportunistisch. Dit is de generatie die het meest vliegt en consumeert, een doorn in het oog van hun kinderen. Zij groeiden op in relatieve voorspoed, waardoor ze geen sterke noodzaak voelen om de wereld te veranderen. In hun werk zijn ze snel, nuchter, zelfredzaam en ambitieus: ze willen naar de top. Maar worden door andere generaties nogal eens als oppervlakkig en kort door de bocht ervaren.

 

Generatie Y, de millennials, zijn kinderen van de technologische vooruitgang, die juist wél naar vernieuwing streven. Zij werden opgevoed door generatie X, die zelf hard werken met de paplepel ingegoten kreeg, maar hun eigen kinderen – als tegenreactie – vooral inprentte: je kan worden wat je wil. Wat jij belangrijk vindt, dát doet ertoe. Hun kracht zit dan ook in hun creativiteit en authenticiteit, in hun kritische houding en veranderdrang. De keerzijde is dat ze vaak (te) hoge verwachtingen hebben en weinig vasthoudend zijn. En worstelen met de behoefte aan enerzijds vrijheid en anderzijds zekerheid en stabiliteit.

 

Generatie Z is de generatie waarvan de oudsten nu de arbeidsmarkt op komen. Het is de eerste generatie die het moeilijker gaat krijgen dan generaties voor hen. Een generatie ook die opgegroeid is met aan de ene kant allerlei crises - de bankencrisis, klimaatcrisis, vluchtelingencrisis, huizencrisis – en aan de andere kant social media waarop iedereen bedrieglijk succesvol lijkt. Uitdagingen voor deze jongeren zijn dan ook hun kwetsbaarheid, onzekerheid en afhankelijkheid en korte aandachtspanne. Daartegenover staat hun kracht: zij zijn intuïtief, teamplayers die omgevingsbewust zijn en écht willen bijdragen. 

 

Waar het schuurt – en hoe het beter kan


De verschillen zijn groot en lijken soms onoverbrugbaar. Generatie X, die de eigen kinderen altijd heeft gestimuleerd om vooral te doen wat ze leuk vinden, vindt dit in de praktijk – bij andermans kinderen – knap ingewikkeld. Hoezo niet fulltime werken als je geen gezin hebt? Wat nou, meer vrije tijd? Hoe krijgen we dan het werk af. Andersom storen de jongeren zich aan de starre en autoritaire houding van hun oudere collega’s. Dat soort ergernissen staan een goede samenwerking in de weg. Gelukkig is hier ook veel aan te doen. Bijvoorbeeld door:  

 

  • Open communicatie. Stimuleer het gesprek tussen verschillende generaties in je organisatie. Hierin heeft de leidinggevende een belangrijke rol. Schep een klimaat waarin hier openheid over is, waarin verschillen worden benoemd en bespreekbaar zijn. Zo kweek je begrip en voorkom je dat collega’s in vooroordelen over elkaar(s generatie) blijven hangen.
     
  • Voorlichting. Bewustwording over hoe verschillende generaties anders denken en waar dat vandaan komt, kan al veel goed doen. Hierbij kunnen workshops of inspiratiesessies een mooie eerste stap zijn. Zeker als daarbij ook ruimte is om de dialoog met elkaar aan te gaan: waarom doe je wat je doet? En hoe kunnen we elkaar daarin beter vinden? 
     
  • Mentorschap en omgekeerd mentorschap. Koppel oudere en jongere medewerkers aan elkaar en laat ze van elkaar leren. Een-op-een in tandems én in teams. En kijk welke generaties elkaar goed kunnen vinden. Zo kan de combinatie babyboomer-generatie Y of Z goed werken. Oudere medewerkers vinden het vaak leuk om hun ervaring en kennis te delen met jongere collega’s en andersom kunnen de jongeren hén meenemen in nieuwe technologieën én verfrissende ideeën. Dit bevordert wederzijds begrip en respect.
     
  • Flexibiliteit in werkstijlen. Erken en respecteer dat verschillende generaties andere voorkeuren hebben in de manier van werken. Zo vinden senioren het vaak prettig om face-to-face te communiceren, terwijl jongere generaties meer geneigd zijn om technologie en digitale communicatiemiddelen te gebruiken. Bied hier ruimte voor en wissel het af.

 

Waar het vooral om gaat, is dat er aandacht is voor dit thema en dat er wordt gewerkt aan onderling begrip en het wegnemen van vooringenomen ideeën over verschillende generaties. Zo creëer je een werkplek waar collega’s van alle generaties effectief en plezierig kunnen samenwerken. Dit bevordert niet alleen de productiviteit, maar draagt ook bij aan een positievere en inclusievere werkcultuur.

Ontvang onze maandelijkse nieuwsbrief

Ontdek onze artikelen, whitepapers, podcasts en meer.

Schrijf je in voor onze maandelijkse nieuwsbrief en blijf als eerste op de hoogte van de laatste inzichten op het gebied van werk en gezondheid. 
Inschrijven
Schrijf je in voor de nieuwsbrief